Mijn huis
Janneke 3 januari 2014
Een huis is een heerlijk, veilig plekje voor iedereen. Ook voor kinderen is dit een belangrijk gegeven. Momenteel gaan in mijn klas een paar kinderen verhuizen of hun huis verkopen. Vandaar dat ik het thema: Mijn huis, ga oppakken.
Ontwerpschema en groepsplan
Hier kun je een ontwerpschema downloaden over: Mijn huis. Alle kernactiviteiten staan hier in genoemd met daarbij de activiteiten.
Doel
Kinderen wonen in een huis. Toch zijn deze huizen heel verschillend. We gaan de verschillen en de overeenkomsten bekijken en gaan in hoe een huis wordt gebouwd. Kinderen houden van het bouwen met blokken. Hoe bouw je een stevige muur?
Boeken
Boeken uitgelicht
Een huis bouwen:
Dit is een boek uit de Willewete reeks van Clavis. Dit is een reeks informatieve prentenboeken waarin antwoord gegeven wordt op vragen van jonge kinderen.
Dit boek begint met Tim die een huis bouwt van blokken. Binnenkort gaat hij zelf verhuizen naar een nieuw huis en dat is best spannend! Het boek laat stap voor stap zien hoe een huis wordt gebouwd en door wie. Daarnaast zie je hoe dieren wonen: een nest, een hol, een gang, een korf. Ook staan er veel verschillende huizen in het boek. Uiteindelijk ligt Tim in zijn nieuwe kamer in bed!
Dit boek is heel geschikt om te gebruiken als introductie van het thema wonen. Dit thema biedt allerlei verwerkingsmogelijkheden om mee verder te gaan!
De bouwvakker:
Liesbet Slegers heeft een hele serie boeken gemaakt over allerlei verschillende beroepen, waaronder de bouwvakker. Dat komt erg goed uit want ook dit boek is natuurlijk heel geschikt om bij dit thema te gebruiken! In het boek staat hoe een bouwvakker is gekleed en waarom hij dat aan heeft. Wat hebben bouwvakkers allemaal nodig bij hun werk? Wie maakt het plan om een huis te bouwen? Wat doen de bouwvakkers eerst en hoe komt uiteindelijk het huis tot stand? Alles staat erin! Gelukkig heeft Liesbet ook een paar vrouwelijke bouwvakkers aan het werk! Het boek geeft veel informatie over beroep bouwvakker en de kinderen krijgen daardoor een heel duidelijk beeld!
Speelgoed bij het thema
Onderzoek/uitstapjes
- Maak een wandeling in de wijk waar de school staat en bekijk verschillende huizen. Wat heeft elk huis en wat is verschillend? Benoem de volgende dingen: voordeur, ramen, huisnummer, kamer, slaapkamer, tuin, deurbel, dak
- Laat de kinderen foto’s meenemen van hun eigen woning. Deel de foto’s in willekeurige volgorde uit en laat de kinderen in tweetallen bespreken wat ze zien en wie er zou wonen. Daarna wordt dit in de kring teruggekoppeld en delen de kinderen de foto’s uit aan diegene waarvan zij denken dat die er woont. Klopt dit?
- In wat voor soort huis woont iedereen? Maak een grafiek met verschillende soorten woningen: flat, rijtjeswoning, vrijstaande woning, twee onder een kap, boerderij en laat plakkers plakken boven de goede woning.
- Stenen; Huizen zijn gebouwd van bakstenen. Waarom zou dat zijn? We gaan de bakstenen wat beter bekijken. Gebruik een paar loeps om de bakstenen goed te kunnen bekijken. Kun je zien waar de bakstenen van gemaakt zijn? Van kleine steentjes.
Een leuk uitgangspunt om stenen eens nader te bekijken. Welke soorten stenen zijn er? Zand, kiezels, grind, keien, natuursteen. Stenen van klein naar groot leggen. Hoe zwaar zijn stenen? Welke is het lichtst en welke het zwaarst?
Opening van het thema
- Fotospel: Zorg dat je van de leerlingen van de klas de digitale foto’s hebt van hun huis. Van wie is het huis? De kinderen bespreken in tweetallen foto’s van de huizen van de kinderen. Hoe zien de huizen eruit? Wie zouden er wonen? Daarna gaan ze rondlopen in de kring. Zien ze hun eigen huis, dan ruilen ze van kaart en gaan ze zitten op hun eigen plek. Daarna vertelt iedereen aan de anderen hoe hun huis er uit ziet. Tot slot laat de leerkracht op het digibord alle huizen van de kinderen zien.
- Maak een wandeling door de buurt en bekijk de verschillende huizen! Let ook op de huisnummers.
Knutselopdrachten
-
Huizen met hun eigen foto en huisnummer. Zegt een van de kinderen:
He, juf, dat is toevallig! Dat is ook mijn huisnummer van mijn echte huis! -
Huizen van stroken maken en daarna uit woonfolders het interieur knippen en plakken
- Leg een groot wit huis neer en laat groep 1 het huis beschilderen
-
Huizen knippen en plakken. De grijze strook is het fundament. - Maak je slaapkamer van een doos.
De kinderen hebben zelf een kast en een bed geknutseld.
Er ligt een kleedje van een cirkel die in vieren is gevouwen en waar stukjes uit geknipt zijn.
Op het bed ligt een dekentje van vilt. -
Alle ouders hebben een foto van het huis gemaild. Die heb ik zwart-wit geprint en daar
hebben de kinderen de kleur van het huis op getekend. Dat is weer op een wolkenachtergrond
geplakt. - Verhuiswagen; Oefening in knippen en plakken voor groep 1
-
Schilder je huis. Plak een popje van cirkels en stroken en geef deze een kwast.
Leuke opdracht voor groep 1 -
Teken met zwarte stift je huis na van de foto. Kleur het daarna in met ecoline.
De resultaten zijn prachtig! -
Verf je eigen huis
-
Vouw je huis en teken in het huis wie er allemaal bij jouw gezin horen
Hoeken
Stenenhoek: Leg er verschillende soorten stenen neer, trottoirtegel, bakstenen en loeps om de stenen goed te kunnen bekijken.
Leg er ook verzamelbakjes neer zodat steentjes gesorteerd kunnen worden. Zeven om kleine steentjes uit zand te zeven is ook erg leuk!
Door de loep kunnen de kinderen zand ook goed bekijken en dan zien dat het hele kleine steentjes zijn.
Een voelzak is leuk om erbij te gebruiken om dan de steentjes te voelen: groot-klein, hoekig-rond.
Leg de stenen neer van klein nar groot.
De kinderen zullen vast meer mooie stenen verzamelen om in de hoek te bekijken.
- Kralenplanken: zelf bedenken of voorbeelden
- De bouwplaats in de zandtafel
-
De architectenhoek
- Bouwen in de bouwhoek
-
In de architectenhoek worden bouwtekeningen gemaakt en deze worden
in de bouwhoek nagebouwd! - Dat valt niet mee met die grote bouwtekeningen!
- Met echte helmen op en bouwjasjes aan
-
Leg grijze buizen in de bouwhoek! Er zijn echte regenpijpen en rioleringen
aangelegd onder de bouwwerken
-
Bouwen met eierdozen is een groot succes! - Na het bekijken van een filmpje over bakstenen
Bakstenen worden gemaakt van klei: dat kunnen wij ook - Verteltafel: Een hol voor mol
Wat moet er aan de orde komen?
Spel en beweging
Spelletjes:
- In Holland staat een huis
Kleutergym met blokken:
Deel voor deze les de blokken uit, elk kind een blok. Dit is hun baksteen.
Iedereen mag de baksteen op de grond leggen. We gaan er tussendoor huppelen, hinkelen, springen, lopen, etc.
Op een teken (trommel) gaat elk kind op zijn eigen baksteen staan.
Kun je op een been op de steen staan?
Of op je tenen op de steen staan?
Wie kan op zijn hurken op de steen zitten?
Zorg dat de stenen op veilige afstand van elkaar liggen.
We springen over onze eigen steen heen en weer terug.
Nu maken we met de stenen en smal weggetje. Laat de stenen in een lange rij leggen. Kunnen we hier overheen lopen?
Kunnen we het weggetje ook breder maken?
Haal hier en daar een paar stenen eruit. Kun je hier langs zonder te vallen?
Drama
Een van de kinderen mag telkens een handeling voordoen die in huis wel gedaan wordt:
- Aankleden
- Was ophangen
- Grond dweilen
- Ramen lappen
- Bed opmaken
- Koken
- Tafel dekken
- Afwassen
- Strijken
- Stofzuigen
- Slapen
- Telefoneren
- Computeren
Muziek
Zand, zand, allemaal zand
Hoeveel steentjes in mijn hand?
Ik kan ze niet tellen, ze zijn te klein
Zouden het er honderd zijn?
Misschien wel duizend en nog meer,
of honderdduizend en dat drie keer.
Dag handje zand, ik tel niet meer!
Knijpkaarten
Materialen
Oefeningen voor op het digibord
- Kijk ook bij de yurlspagina: Yurlspagina: bouwen en wonen
Taal
In de taalkast zitten voorwerpen waaraan verschillende taaloefeningen zijn gekoppeld: Ko Klapper: tellen woorden in zinnen en woordstukjes, Ria Rijm: voor rijmoefeningen, Henk Hak en Piet Plak: hakken en plakken, woordrups: begin en eindletters, Pipa Papegaai: voor luisterspelletjes: nazeggen zinnen, Lange Slang: lange en korte woorden herkennen, voorwerp passend bij het thema: raadsels, wel of niet goed, etc., vingerpopjes voor het geven van een voorstelling in het theatertje erboven, grote lade waar het boek van de week uitkomt en waar een map in ligt met daarin bladen met de auditieve oefeningen erop.
Woordenschat
Gesprekken:
- Hoe bouw je een huis?
- Wie bouwen een huis?
- Welke kamers zijn er in een huis?
- Hoe kom je in jouw huis? Wat heb je dan nodig?
Rekenen/wiskunde
Rekenopdrachten:
Construeren:
Hoe bouw je een huis? Bekijk een muur, hoe zijn de stenen op elkaar gestapeld. Hoe bouw je van blokken een stevige muur?
Bouwen in tweetallen: Leg om de beurt een steen neer, de ander doet het na. Probeer zo dezelfde huizen te bouwen.
Meten:
Welke muur is hoger/lager? Bouwen met blokken
Verhoudingen:
Bouw een huis in de bouwhoek en teken deze na. Dit kun je ook andersom doen: maak een tekening en bouw dan het huis na zoals je getekend hebt.
Welke kamers zijn in jullie huis het grootst? Welke kamers zijn het kleinst?
Grafiek: In wat voor huis woon jij?
Getallen:
De kinderen hebben huizen gemaakt en daar zitten dozen achter geplakt.
Op de huizen zijn nummers geplakt. De kinderen kunnen ze op de goede volgorde zetten. Ook kun je een rij met even en oneven nummers maken. In de dozen kunnen de kinderen post doen voor elkaar.
Zet alle huisjes eens op een rijtje en haal er dan een of meerdere tussenuit. Vraag aan de kinderen welke huisnummers weg zijn.
Je kunt ook opdrachten geven als: Doe een blokje in huis nummer vijf. Wie zijn de buren? Wie woont twee huizen verderop?
Kralenplanken
Afsluiting van het thema
Bedankt
Op deze pagina staan bijdragen van: Margriet van Laar, Ina Schild en Bea Niphuis. Bedankt hiervoor!
loading...
Mijn huis,