Tellen en kleuters
Janneke 3 januari 2013Een hele pagina vol reken/wiskundeactiviteiten geschikt voor kleuters!
De activiteiten op deze pagina zijn geordend aan de hand van drie rekeninhouden:
Getalbegrip – Meten – Meetkunde,
Getalbegrip
Omgaan met de telrij – Omgaan met hoeveelheden – Omgaan met getallen
- Telversjes;
Er zijn prachtige tel-liedjes om de telrij goed in te prenten. Een van die liedjes is: een, twee, kopje thee. Om het voor de kinderen te verduidelijken, heb ik er kaartjes bij gemaakt die ze zelf neer kunnen leggen en die je als leerkracht omhoog kan houden.
Een, twee, kopje thee
Drie, vier, glaasje bier
Vijf, zes, kurk op de fles
Zeven, acht, soldaat op wacht
Negen, tien, ik heb een boef gezien
Tien, elf, wat je zegt dat ben je zelf! - Cijfers op de trap
Als je een trap in de klas hebt, zet dan de cijfers op de treden. Doe er spelletjes mee: Ga op de 5e tree staan, ga twee treden naar beneden, waar sta je nu? Ga vier treden omhoog, waar sta je nu? - Familie Muizepluis
We krijgen een brief in de klas. Nel Miezemuis wil graag dat we voor haar gaan zorgen want ze krijgt een paar jonge muizen! Dat is spannend natuurlijk! De kinderen vinden het prima en maken een mooi muizenhuis van blokken. De volgende dag ligt Nel Miezemuis erin met zes jongen! Er zijn twee witte muizen, twee bruine muizen en twee grijze muizen. De kinderen vinden het geweldig en leggen er kaas bij
De volgende dag liggen er nog meer muizen in het huisje
Het huis wordt veel te klein, dus wordt er een nieuw huis gebouwd. De kinderen ontdekken zelf dat er nu
van elke kleur muis vier zijn. Maar de muizen zijn ondeugend en lopen steeds weg. Elke dag is het zoeken.
De kinderen tellen en zoeken de goede kleur op. Dat gaat heel goed totdat iemand ontdekt dat het wel lastig is
om steeds te zien welke kleur er nog ontbreekt. Kunnen we ze geen namen geven juf?
Juf heeft een goed idee:
Alle muizen krijgen een riempje om van elastiek met een nummer erop. Nu hoeven we alleen maar
de muizen op nummer te leggen en zie je heel snel wie er ontbreekt! Dit wordt een dagelijks ritueel want de muizen
lopen elke morgen weg en als de kinderen in de klas zijn, worden ze weer opgezocht en op de
goede plek gelegd.
- Knopendoos
Vul een doos met knopen. Kinderen vinden het geweldig om hier mee bezig te zijn. Ze beginnen automatisch al te sorteren. Ik heb er een paar opdrachtkaarten bij gemaakt zodat je de knopendoos goed in een rekenhoek kunt gebruiken.Doel: Sorteren en tellen van knopen.Opdrachtkaarten met knopen: - Dobbelsteenspelletjes
- Spelletjes met dominostenen en flitskaarten
- Flitskaarten dominostenen. Hier kun je de volgende opdrachten mee doen:
– het bekende dominospel
– opdrachten met meer en minder (van makkelijk met 2 stenen naar moeilijk met meer stenen)
– kinderen voorwerpen laten zoeken bij het aantal stippen
– erbij + eraf sommen (ook weer gekoppeld aan meer/minder)
– kimspel (welke steen is weg / welke steen ligt er nieuw bij)
– flitsen; hoeveel stippen zie je
– splitsopdrachten (hoe vaak kan het getal 9 worden gesplitst – en zoek de juiste afbeeldingen erbij) - Knikkerzak met knikkers; doe een aantal knikkers in een zak en laat de kinderen dan raden hoeveel er in de zak zitten. Daarna haal je er een uit en laat weer raden hoeveel erin zitten. Je kunt er daarna weer twee bij doen en raad maar verder….
- Korte spelletjes:
- De leerkracht doet een hand onder een doek en steekt een of meerdere vingers op. De kinderen moeten dan raden hoeveel vingers. Degene die het goed heeft mag daarna de hand onder de doek steken. Je zult al gauw merken dat sommige kinderen het heel lastig vinden om te begrijpen dat je nooit meer dan 5 vingers omhoog kan doen…..
- Het boek: Het cijferwinkeltje mag in de klas eigenlijk niet ontbreken.Het prentenboek: het letterwinkeltje is bij iedereen erg bekend en geliefd want het is een leuke manier op met de klas of thuis met letters bezig te zijn.
Nu is er ook een boek over cijfers en je raadt het al: deze heet het cijferwinkeltje! In dit boek krijgt Opa Brom van het letterwinkeltje een buurvrouw: Oma Blom.
Zij begint een winkeltje in cijfers. Natuurlijk komt Opa Brom even kijken en hij neemt een bosje bloemen mee. Al snel komt er een meisje die de cijfers wil leren en oma laat de cijfers op een cijferplaat zien. In de winkel verkoopt oma steeds meer rekenspullen en elke dag verzint ze meer dingen. Oma leert een jongetje min-sommen door te oefenen met dropjes. Oma heeft ook een rekenschilderij in de winkel van een slager die een worst deelt in twee, een vlinderschilderij met stippen en een kippenhokschilderij waar de kippen erop, ernaast en op stok zitten. Opa Brom komt ook steeds vaker in het cijferwinkeltje en uiteindelijk dromen ze beiden van een bruiloft. Deze beschrijving geeft in het kort weer hoeveel rekenactiviteiten er met het boek mogelijk zijn. Het boek gaat niet alleen over tellen maar bevat ook allerlei rekenbegrippen die kinderen moeten kennen om te leren rekenen, zoals groter en kleiner, voor en achter, meer en minder, delen, sorteren van dingen. Het lijkt me erg leuk om er een project van te maken! Bij het boek zit ook een CD met 10 liedjes die speciaal voor het cijferwinkeltje zijn geschreven.
Om het boek in de klas te verwerken en een cijferwinkeltje te maken, kwamen de volgende ideeën binnen:
– Cijferwinkeltje in de klas rondom feest. Bouw de winkel om tot een winkel met feest artikelen. In die winkel kun je ook cijfer taarten kopen. De taarten hebben de vorm van een cijfer en een kaarsje van dat cijfer er boven op. Maak de taarten maken van schuimrubber cijfers of hout. Je kunt verder: cijfer taarten kleien, uitgesneden met kleine cijfervormpjes. Trakteer aan het eind van het thema op een cijfer slagroom taart voor de verjaardag van de leerkracht. Hoe oud zal ik worden? Heb ik dan één of twee cijfertaarten nodig? Hiermee zijn nog tal van kring activiteiten te bedenken!
– Even en oneven oefenen/leren. Je zou in het winkeltje van oma, cijfers kunnen verkopen. In een rode glazen pot de oneven en in een blauwe pot de even cijfers. Als je er dan ook zoveel klanten bijmaakt, kun je het handelend maken door de oneven cijfers bij de rode klanten en de even cijfers bij de blauwe klanten te leggen. Je kunt hiervoor klittenband gebruiken. Het doel is het aanleren van even en oneven getallen.
– Het Cijferschildertje spelen. Laat de kinderen zich verkleden als het cijferschildertje. (Baretje op en dergelijke) Laat hen vervolgens een voorwerp uit de klas kiezen en laat ze tellen hoeveel er hiervan zijn. (Bijv. het aantal stoeltjes, tafels, bloempotten, ramen enz.). Geef ze een groot blad en laat ze dit voorwerp schilderen met het juiste cijfer erbij.
– Zorg voor veel cijfers: geknipt en geseald. Ga samen met de kinderen brainstormen wat er allemaal in het cijferwinkeltje moet gaan komen. B.v 3 beren met een indianentooi. Een gouden cijfer 9 veel kleine hoeveelheden speelgoed met een cijfer erbij. Het huisnummer 6 bij de deur. Een mand met allemaal cijfers erin. Natuurlijk komt er aan de buitenkant van het huisje de letters “Het cijferwinkeltje”. Aangezien er in het boek heel erg veel te zien en tellen, is het belangrijk om het boek in een kleine kring met kinderen die moeite hebben met cijfers, te herhalen.
- Cijferspelletjes:
- Kunstwerkje met cijfers
- Cijfermemory; Kopieer het werkblad met de cijfers 1 – 10 twee keer en lamineer ze. Knip daarna de cijfers los en klaar is het memoryspel. (Jolanda bedankt)
- Getallenspel: een getallenspel met de cijfers 1 – 10
- Getallenspel: een getallenspel met de cijfers 1 – 20
- Getallenspel met dominosteentjes
- Getallenspel met rekenrek
- Getallenspel met hoeveelheden
- Getallenkaarten tot 20 klein met stippen
- Getallenkaarten tot 20 groot met stippen
- Getallenkaarten tot 20 in stukken stroken om bj elkaar te zoeken
- Getallenkaarten 1 – 20 en de tientallen tot 100 te gebruiken bij veel spelletjes
- Getalkaarten groot 1 – 20 om in de klas op te hangen
- Getallenlijn oefenen; Pak voorwerpen die betrekking hebben op een thema. Plak op de voorwerpen stikkers met een cijfer. Hang ze met een klein touwtje tegen een muur. (getallenlijn). Draai voorwerpen om: welke cijfers zijn omgedraaid? Voorwerpen kunnen zijn: visjes, kerstballen, pietjes, plastic eieren etc.
- Bingospel De cijfers plastificeer ik en knip ik uit. Dan doe ik ze in een zakje om er telkens één tevoorschijn te halen. De cijferbingokaarten plastificeer ik ook zodat ze ook vaker tijdens een telactiviteit te gebruiken zijn.
-
Cijferbingokaarten tot 20 voor 12 leerlingen
-
Cijfers voor bingo tot 20
- Kralenplanken cijfers
- Telspel 1 – 10
Van elk cijfer heb ik het cijfersymbool, stippen, een plaatje waar het getal in terugkomt, een plaatje om te tellen, vingers om te tellen en het getal als woord gemaakt. Hiermee kunnen kinderen zelfstandig spelen door alles van een getal bij elkaar te zoeken, op de goede volgorde leggen, etc.
– Cijfer 0
– Cijfer 1
– Cijfer 2
– Cijfer 3
– Cijfer 4
– Cijfer 5
– Cijfer 6
– Cijfer 7
– Cijfer 8
– Cijfer 9
– Cijfer 10
- Cijferpuzzels: Bij elk cijfer is een bestand gemaakt met stroken. Het is in kleur en zwart wit en er zijn verschillende gebruiksmogelijkheden: Uitleg cijferpuzzels, Cijfers 1-10 kleur, Cijfers 1-10 zwart-wit, Stroken bij 1 kleur – zwart-wit, Stroken bij 2 kleur – zwart-wit, Stroken bij 3 kleur – zwart-wit, Stroken bij 4 kleur – zwart-wit, Stroken bij 5 kleur – zwart-wit, Stroken bij 6 kleur – zwart-wit, Stroken bij 7 kleur – zwart-wit, Stroken bij 8 kleur – zwart-wit, Stroken bij 9 kleur – zwart-wit, Stroken bij 10 kleur – zwart-wit.
- Korte telspelletjes;
- Zorg voor kaartjes met de cijfers 1 – 10 erop. Laat deze in de kring op de goede volgorde leggen en tel samen met de kinderen hardop vooruit en achteruit. Laat daarna steeds iemand de ogen dichtdoen en een ander kind een cijfer wegpakken. Degene die de ogen dicht had, mag ze weer openen en raden welk getal verdwenen is. Dit spel vinden de kinderen altijd weer spannend.
- 100 dagen project;
Lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht – Tijd – Geld
Lengte, Omtrek, Oppervlakte, Inhoud, Gewicht
Lengte
- Het touw; Zorg voor een lang touw en laat het in een klos zitten. Vraag de kinderen hoe lang ze denken dat het touw is?
Kijk daarna of het klopt.
Hoe veel kinderen kunnen languit naast het touw liggen?
Raden: Hoe vaak kan het touw om iemand heen?
En dan om juf, gaat het touw er vaker of minder vaak omheen? - Een wollig spel; Gebruik hiervoor allemaal draden van verschillende lengte, kleur en dikte. Doe deze draden samen in een doos.
Opdrachten:
– Sorteer de draden op kleur, dikte en lengte
– Sorteer op twee kenmerken: dik en lang, rood en dun
– Sorteer op drie kenmerken: een dikke, lange, blauwe draad
– Zoek iemand die een even lange draad heeft
– Zoek iemand die een even dikke draad heeft
– Sorteer binnen je groepje op lengte of dikte
– Past de draad om jouw hoofd?
– Is de draad korter of langer dan jouw stoel? - De goede volgorde
Laat een van de kinderen bij de leerkracht komen. Bekijk het kind goed. Wie is groter?
Ga er naast staan. Wie is kleiner? Ga aan de andere kant staan. Wie is er nog groter?
Ga er naast staan. Wie hoort er nog tussenin? Ga zo door tot er een rijtje ontstaat van groot naar klein.
Gewicht
Inhoud
Zet een kan met water en een aantal bekers van verschillend formaat op een dienblad. Laat de kinderen raden hoeveel bekers water in de kan zitten. Welke beker zou ik gerust in een andere beker kunnen gieten? Welke juist niet? Waar zit het meeste water in en waar het minste?
- Kijk bij het volgende thema voor heel veel activiteiten rondom het thema tijd: thema klokken en tijd
- Spel met cadeautjes en geld: Pak 10 cadeautjes en leg een X aantal muntjes (oude poker fiches) neer. Maak voor elk cadeau heb ik een prijskaartje. Hiervoor kun je de getallen 1 t/m 20 gebruiken. Speel eerst zelf de kassa man/vrouw en laat de kinderen in een kring rond de cadeaus zitten. Op deze manier kan iedereen zien wat er ligt en welke prijs erbij hoort. Wat zien de kinderen? Welk cadeau is goedkoop en welke is duur? Hoe weet je dat? Hoeveel muntjes heb je nodig om een cadeau te betalen? Geef steeds wisselende opdrachten: Pak een cadeau dat € 5,00 kost, hoeveel munten heb je nodig voor dit cadeau? Leg twee cadeaus naast elkaar: welke is het duurst/goedkoopste? Leg drie munten neer en vraag of dat genoeg is om een cadeau van € 4,00 te kopen, etc. Maak van deze activiteit een leuke hoek en de kinderen zullen dit spel eindeloos herhalen.
Orienteren en lokaliseren – Construeren – Opereren met vormen en figuren
Opereren met vormen en figuren
- Vormenlotto
– Vormenlotto cirkels: makkelijk en moeilijk
– Vormenlotto driehoeken: makkelijk en moeilijk
– Vormenlotto vierkant: makkelijk en moeilijk
- Rekenkastje
Om structuur te brengen in het rekenonderwijs, kun je gaan werken met een rekenkastje. Daarvoor heb ik een kastje met 6 laden gezocht en deze in vrolijke kleuren beschilderd. Stickers met cijfers erop geplakt en voor elke lade een figuur aangeschaft dat bij één van de domeinen past.
Bij elk thema wordt elke week een la wordt geopend waarna het figuur dat erin zit een opdracht gaat geven.
In de kast zitten: Levi het lieveheersbeestje; tellen en getallen, Sam de Schildpad; tijd, FotoFrits; ruimtelijke oefening, Barbapappa; vormen, Elmer; kleuren, Grote en kleine kangoeroe; begrippen, Bob de Bouwer; meten en wegen. In de klas zit verder nog Wouter de kabouter. Bij elk thema mogen de kinderen voorwerpen meenemen die met het thema te maken hebben. Dit gaan we ordenen.
Zo krijgen de kinderen elke week een opdracht voor de rest van de week. In de rekenhoek in de klas krijgt de opdracht een week lang een plek, zodat kinderen er zelfstandig mee aan de slag kunnen gaan.
Plaatjes van de bewoners van het rekenkastje:
Lieveheersbeestje voor de tel en getal- Grote en kleine kangoeroe voor de begrippen,
opdrachten ordenen en verzamelingen
Elmer voor de kleuren Bob de bouwer en Wendy voor wegen en meten
Barbapapa voor de vormen Sam de Schildpad voor de tijd
- Rekenhoek
Kinderen tellen veel en graag. Om dit te kunnen oefenen, is er een rekenhoek in de klas. De cijfers hangen er. Er liggen telboekjes en ik probeer zoveel mogelijk telspelletjes te bedenken die bij het thema passen. Bij elk thema wordt wekelijks een la geopend van het rekenkastje. De materialen die dan besproken worden, krijgen later een plek in de rekenhoek zodat kinderen het kunnen herhalen. Ook kun je met een klein groepje extra oefenen. In de hoek staan altijd bakjes met stippen en getallen erop. In die bakjes kunnen allerlei materialen gesorteerd worden. Ook leuk om in de rekenhoek te zetten is een knopendoos. Kinderen zijn er dol op om de knopen te sorteren en later kunnen de knopen in de telbakjes geteld worden.
Andere mogelijkheden in de rekenhoek:
- Vlinders met stippen erop. Eerst gooien met de dobbelsteen en dan het goede aantal stippen erbij zoeken
- Tien schoenen en een bus pepernoten. Op elke schoen stond een getal en er moesten evenveel pepernoten in de schoen komen
- Bingospel
- Teldomino
- Cijfermemory
loading...
Tellen en kleuters,